Leerdoel 22b

Leerdoel

Ik kan het verschil tussen 'zelfstandig gebruik' en 'bijvoeglijk gebruik' uitleggen.

Uitleg

Een zelfstandig naamwoord heet een ‘zelfstandig’ naamwoord omdat het op zichzelf in een zin kan staan. Het heeft geen ander woord nodig.

Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord. Het staat dus niet ‘op zichzelf’ in een zin, maar is afhankelijk van het zelfstandig naamwoord waar het wat over zegt.

Sommige woorden kunnen zowel zelfstandig als bijvoeglijk gebruikt worden. Dat wil zeggen dat ze los in een zin kunnen staan (zelfstandig gebruik), maar ook bij een ander woord kunnen horen (bijvoeglijk gebruik).

Vragend voornaamwoord

Het zelfstandig vragend voornaamwoord vertaal je met ‘wie’ (voor mannelijk/vrouwelijk) of ‘wat’ (voor onzijdig):

Quis id fecit?
Wie heeft dit gemaakt?

Quid tetigisti?
Wat heb je aangeraakt?

In de bovenstaande voorbeelden staan ‘quis’ en ‘quid’ op zichzelf. Ze zijn zelfstandig gebruikt.

Het bijvoeglijk vragend voornaamwoord vertaal je met ‘welke’:

Qui puer gaudet?
Welke jongen is blij?

Quod verbum audis?
Welk woord hoor je?

In de bovenstaande voorbeelden staan ‘qui’ en ‘quod’ niet op zichzelf, maar horen ze bij een ander woord. Ze zijn bijvoeglijk gebruikt.