12: Grammatica

wat moet ik kunnen voordat ik begin?

8b. Ik kan uitleggen hoe de praesensstam wordt gevormd.
8d. Ik kan uitleggen wat een 'bindvocaal' is.
10e. Ik kan uitleggen wat 'kenletters' zijn.

wat moet ik nu kunnen?

12a. Ik kan uitleggen waarvoor de praesensstam wordt gebruikt.
12b. Ik kan uitleggen waarvoor de perfectumstam wordt gebruikt.
12c. Ik kan uitleggen hoe de perfectumstam wordt gevormd
12d. Ik kan in een werkwoordsvorm de stam, kenletters, bindvocalen en persoonsuitgang aangeven.
12e. Ik kan werkwoorden benoemen.
12f. Ik kan werkwoorden vertalen.